De Groene Amsterdammer 35 (28 augustus 2019)
Utrechtse wijk moet van het gas af
Het is een prachtig vergezicht, een energieneutraal Nederland. Maar de route daarnaartoe is vol obstakels, merken inwoners van de Utrechtse wijk Overvecht. Het is in elk geval niet iets wat je even uitrolt.
Met aardgasvrije illustraties van Kamagurka.
- Lees ook: "Oorzaak kredietcrisis niet aangepakt" (Inter Press Service)
Ze moet er vooral om lachen. ‘Dus de gemeente gaat de gaskraan dichtdraaien, en wíj moeten ons huis verbouwen?’ Louise Doornenbal weet nu al wat de buren zullen zeggen als ze dit vanavond in de buurtapp gooit: ‘Ja dáág!’
We zitten op een bewonersavond in de activiteitenruimte van een ecologische buurtmoestuin in de Klopvaart, een buurt in de Utrechtse wijk Overvecht. Het is een dampende bedoening. Door de hoosbui die iedereen zojuist moest trotseren, maar vooral ook door het heikele thema dat op tafel ligt: de wijk is uitverkoren om als eerste van de stad aardgasvrij te worden. De gasleidingen zouden er komende jaren namelijk vervangen moeten worden, en de gemeente grijpt dat aan om de transitie te maken.
Overvecht-Noord is een karakteristieke naoorlogse wijk waar hoge en lage flats in een strak ritme worden afgewisseld door rijtjes eengezinswoningen, parken en groenstroken. In totaal staan er achtduizend woningen, waarvan grofweg twee derde in bezit is van woningcorporaties. Een zesde is van eigenaar-bewoners. Van die laatsten woont een flink deel aan de noordrand van de wijk, in de Klopvaartbuurt.
Louise Doornenbal heeft net de erfpacht op haar huis afgekocht. ‘Dat was een eenmalig aanbod en daar heb ik al mijn spaargeld aan besteed, twintigduizend euro. Toen ik kort daarna deze brief kreeg, stortte ik echt in. Er stond in dat we snel moesten gaan isoleren. Ik heb er lang van wakker gelegen. Op de informatieavonden van de gemeente vond ik de toon heel dreigend, alsof we de boot zouden missen als we niet nu iets deden.’
Ze moesten in de krant lezen dat ze hun wijk hadden uitgekozen, vertelt Arjen Bezemer, initiator van een speciaal hiervoor opgerichte werkgroep. ‘De brief kwam pas daarna. Veel mensen hier hebben een laag inkomen en zijn enorm geschrokken.’
In een groot deel van Overvecht zijn de gasleidingen afgeschreven, maar de Klopvaartbuurt is minder oud. De leidingen kunnen er nog twintig jaar mee. Bezemer diende vorig jaar namens driehonderd buren een petitie in met de oproep hun buurt niet mee te nemen in het gasvrij maken van de wijk, maar dat verzoek werd niet gehonoreerd. ‘We moeten nu gaan meedoen met een plan dat ons misschien wel tienduizenden euro per huishouden gaat kosten. Voor een prestigeproject van de wethouder!’
Voor Overvechtse begrippen is de buurt redelijk welgesteld en een aantal bewoners is zelf al bezig met verduurzamen. De buurtmoestuin waar de avond wordt gehouden, geeft voorlichting over bijen en heeft sinds kort een broodvergister om oud brood van de Turkse bakker om te zetten in energie. Bezemer zelf heeft zonnepanelen en een zonneboiler, en hij stookt zuinig. ‘Maar juist daardoor ga ik al die investeringen niet terugverdienen. Mijn rekening is al laag! We moeten dus gaan betalen voor enorme ingrepen in ons eigen huis, omdat de gemeente een plan heeft. En als het nou nog duurzaam was… Maar het gaat nauwelijks CO2-uitstoot schelen. De stroom die warmtepompen in de winter nodig hebben, komt nu nog gewoon uit kolen en gas. Misschien krijgen we straks stadswarmte, maar ook dat komt uit een gasgestookte centrale.’
Buurtbewoner Basje Versteeg blijft er laconiek onder. ‘De techniek is in beweging, de gemeente zwabbert ook nog. Als wij niets doen, haalt niemand ons van het gas af hoor.’
De verontwaardiging van de bewoners is begrijpelijk. Toch is het ook bewonderenswaardig te noemen dat de gemeente zo’n heldere lijn trekt. ‘Je kunt wachten tot het 2050 is, maar dan haal je de beloftes van het Klimaatakkoord niet’, zegt wethouder Lot van Hooijdonk van GroenLinks. ‘We hebben met elkaar afgesproken dat de uitstoot van de energievoorziening in woningen nul moet worden. Je moet nu al aan de slag.’ Dat bewoners bezorgd zijn over de kosten van de transitie begrijpt ze heel goed. ‘Maar ons uitgangspunt is dat het woonlastenneutraal gaat gebeuren. Vergeleken bij wat gas in de toekomst gaat kosten, mogen mensen er niet op achteruit gaan. We denken dat dat gaat lukken.’
Gemeenten hebben formeel niet veel te zeggen over de energielevering, maar Van Hooijdonk vond dat ze meer de regie moesten pakken. Ze riep de corporaties, de netbeheerder en andere partijen bijeen en zo begon de Regietafel, die de warmtetransitie moest gaan bespreken. Als vertegenwoordiger van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten zat ze ook aan de Klimaattafel Gebouwde Omgeving en merkte ze dat de tijd rijp was voor die benadering. ‘Lokale overheden willen het niet meer overlaten aan Den Haag of het bedrijfsleven. Ze zijn bereid meer sturing te geven.’ Deze houding leidde onder meer tot een Green Deal tussen 31 gemeentes, de rijksoverheid en energieleveranciers, met de intentie om bestaande wijken helemaal aardgasvrij te maken.
Overvecht-Noord was meteen de eerste grote wijk die in beeld kwam. Dat lag voor de hand. De wijk lijkt relatief makkelijk van het gas te halen, doordat het merendeel van de woningen uit corporatieflats bestaat. Bovendien is de helft aangesloten op stadsverwarming, een warmwaternet dat draait op restwarmte van de gasgestookte Eneco-centrale in de stad. Voor die woningen hoeft dus alleen voor koken op gas een alternatief te worden bedacht.
In de herfst van 2017 hakte het Utrechtse college de knoop door. De bewoners van Overvecht-Noord kregen een brief op de mat waarin stond dat ze over dertien jaar geen gas meer zouden krijgen. Wat het alternatief zou worden, was nog niet bekend.
‘Misschien gaan we zelf wel een alternatief verzinnen’, zegt Gerbert Hengelaar, bewoner van de Vechtzoom, een andere buurt in Overvecht-Noord. Met een paar buurtgenoten en een zelfgebakken kruidkoek zit hij aan tafel. Ook zijn er twee mensen van de gemeente aanwezig. Niet als coördinator, maar als agendapunt: even kennismaken. Dat laat meteen de verhoudingen zien. Wat hier in de Vechtzoom opbloeit, kan misschien wel uitgroeien tot een alternatief model. Ook hier klinkt kritiek op de top-down-benadering van de gemeente, en ook hier zijn zorgen over het prijskaartje dat aan de plannen hangt. Maar de mensen willen niet alleen maar tegen zijn.
‘We denken dat we in de buurt genoeg draagvlak kunnen vinden voor een eigen plan, een buurtwarmtevisie’, zegt Hengelaar. ‘We merken dat veel bewoners best hun huis willen verduurzamen. Ze willen alleen niet voor het blok worden gezet door gemeentes en corporaties, en geen oplossing accepteren die heel duur gaat uitpakken. Daarom zoeken we naar wat onze buurt kan verbinden.’
‘We zijn begonnen bij de mensen zelf’, zegt Ad Tourné, een andere initiatiefnemer. ‘We zijn de 115 deuren in onze buurt langs gegaan om te onderzoeken of de bewoners samen aan een plan voor nieuwe energie willen werken. En zo ja, welke uitgangspunten vinden ze daarbij belangrijk? Aan welke randvoorwaarden moet het voldoen? Je merkt dat deze benadering iets positiefs losmaakt. De houding van mensen is heel anders dan bij de informatieavonden van de gemeente. Je merkt dat het ons samenbindt, als buurt.’
Een deel van de groep gaat de gegevens uitwerken en bundelen in een manifest. Dat zal dan aan de buurt worden gepresenteerd. Binnenkort bestaat de buurt vijftig jaar. Een mooie gelegenheid om de buurt eens bijeen te roepen en te informeren over dit alternatieve plan.
De gemeente is intussen hard aan het studeren op het alternatief voor gas dat ze de Overvechters kunnen bieden. Het liefst presenteert Utrecht een duidelijke route of een pakket waar mensen van op aan kunnen, zodat de markt scherpgeprijsde oplossingen kan gaan verzinnen.
Aanvankelijk werd veel verwacht van het Nul op de Meter-concept: een combinatie van energiebesparende en energieopwekkende voorzieningen zoals zonnepanelen en een warmtepomp, waardoor het stroomgebruik over het jaar heen op nul uitkomt. Maar de kosten daarvan vallen flink tegen. Doordat het werkt met verwarmingswater op een lage temperatuur, is er namelijk een zeer stevige isolatie bij nodig, waar weer een hi-tech ventilatiesysteem bij hoort. Dat is in bestaande woningen meestal niet terug te verdienen.
All-electric kan natuurlijk ook zonder netto klimaatneutraal te zijn. Maar als iedereen daarvoor kiest, zal dat ’s winters een enorme stroomvraag opleveren. Kan het netwerk dat aan? En gaan de kabinetsplannen om stroom grotendeels groen te maken, slagen? Of wordt waterstof misschien het magische middel om de zonne-energie van de zomer te bewaren voor winters gebruik?
Wat hier in Vechtzoom opbloeit, kan misschien wel uitgroeientot een alternatief model
Alternatief is om toch bij verwarmingswater van hoge temperatuur te blijven. Met biogas bijvoorbeeld, of individuele oplossingen als pelletketels. Maar biomassa is schaars en daarom is niemand heel enthousiast om dat op grote schaal voor woningen te gebruiken. Voor een hogetemperatuursysteem kijken gemeenten dus eerder naar een vorm van lokale warmtenetten, op basis van restwarmte uit bijvoorbeeld de industrie.
Dat is ook een optie in Utrecht. Met restwarmte van de Eneco-elektriciteitscentrale krijgen nu al duizenden huishoudens warm water in hun huis. Maar is dat wel zo duurzaam als het klinkt, restwarmte van een centrale die gasgestookt is? ‘Nu nog niet’, zegt wethouder Van Hooijdonk. ‘Maar Eneco is bezig over te stappen op biomassa en warmte uit de rioolwaterzuivering die in Overvecht staat. Technisch is het echt op te lossen, al weten we inderdaad nog niet precies hoe.’ En wat volgens Van Hooijdonk echt een superbron zou kunnen zijn, is geothermie – aardwarmte. ‘Daar zijn we nu onderzoek naar aan het doen.’
Utrecht puzzelt en piekert dus nog volop. ‘Maar als je bewoners wilt voorbereiden op de overstap, moet je het op tijd vertellen’, vindt de Utrechtse wethouder. ‘En dan moet je snel met een alternatief aanbod komen. Wij gaan dus volgend jaar al bekendmaken welke oplossingen we kiezen. Zoals elektrisch, of juist stadsverwarming, in een of andere vorm. We denken dat er dan iets kan gaan bewegen. Dan weten alle partijen namelijk waar ze aan toe zijn – ook aannemers en leveranciers, die dan voor een veel scherpere prijs iets concreets kunnen gaan aanbieden.’
Aardgasvrij is een doel waarnaartoe we de route nog niet kennen – dat benadrukt ook Henk Peter Kip. Als directeur van woningcorporatie Mitros zat hij namens de Utrechtse corporaties aan de Regietafel die de stad organiseerde. Zelfs voor de ‘makkelijke’ onderdelen van het plan, zoals kookgas vervangen door inductie, liggen de oplossingen niet klaar. ‘Kan het stroomnet de piekvraag tussen vijf en acht wel aan, als het gaat om een flat met driehonderd woningen? Dat is een complex vraagstuk, dat je alleen kunt oplossen met verschillende spelers om tafel.’
Overvecht-Noord Aardgasvrij is volgens Kip vooral interessant vanwege het leerproces. ‘Alle woningen aardgasvrij in 2050, dat is een enorme opgave. Dat is onmogelijk als we niet gaan experimenteren. Dat doen we zelf als corporaties ook al, bijvoorbeeld door flats “Nul op de Meter” te renoveren of door wedstrijden uit te schrijven voor nieuwe isolatie-oplossingen. Maar dit programma gaat verder, het is ook een experiment in het proces. In Overvecht-Noord pakken we het integraal aan, met alle betrokkenen in de wijk samen.’
De flessenhals is uiteraard het geld. ‘De druk is groot om zo veel mogelijk te doen, en alles zo snel mogelijk. Maar we moeten eerst een leercurve door, en we moeten niet te snel opschalen. Kijk naar Nul op de Meter, dat hebben we geprobeerd maar het blijkt nog veel te duur te zijn. En of het ooit haalbaar gaat worden, betwijfel ik. Misschien hebben we wel hybride oplossingen nodig. Of gaat waterstof kansen bieden.’ Op dit moment zijn de kosten nog te hoog. ‘De verduurzaming van alleen al de sociale-huurwoningen gaat naar schatting 100 miljard kosten. Dat kan natuurlijk nooit uit. We zullen moeten zoeken naar oplossingen die goedkoper zijn.’
Het blijft de kern van het vraagstuk: met de huidige stand van de techniek gaat iedere oplossing nog te veel kosten. Niemand wil koploper zijn als hij de investeringen er niet uit krijgt. Omdat dit probleem voor heel Nederland hetzelfde is, heeft het Rijk 120 miljoen euro apartgezet voor 27 ‘proeftuinen’: 27 diverse wijken, van Overvecht-Noord tot de Van der Pekbuurt in Amsterdam, van Pendrecht in Rotterdam tot wijken in Sittard en op Vlieland, speciaal bedoeld om nu nog onrendabele plannen mogelijk te maken.
‘Het kan niet zonder subsidie, in elk geval nu niet’, zegt Jan-Coen van Elburg van de Rebel Group, die voor het ministerie de plannen in de 27 proeftuinen onderzocht. ‘En dus kun je de transitie zeker nog niet maken in wijken met veel lagere inkomens, zoals Overvecht-Noord.’
Om de kosten te verlagen mag er ook juridisch nog wel wat verbeterd worden. ‘Op dit moment heeft iedereen recht op een gasaansluiting, althans in bestaande bouw. Je kunt een overstap op een warmtenet of op elektriciteit dus niet afdwingen. Dat is een groot financieel risico. Als bewoners weigeren om te gaan, moet je straks twee energienetten bekostigen. Dat is niet te betalen. Daarom is de minister bezig met nieuwe wetgeving, om gemeentes het recht te geven een warmtenet zonder gas aan te bieden. Dat zou een heel groot financieel risico wegnemen.’
Sander Willemsen van Energie-U, de stadsbrede energiecoöperatie, is ambivalent. Hij is deelnemer aan de Regietafel en vindt dat de wethouder echt iets op de kaart heeft gezet. ‘Dat is op zich positief. Ze is ambitieus, ook al weet ze nog niet wat het totaalplaatje gaat worden.’ Voor die eerlijkheid valt iets te zeggen, vindt hij. ‘Maar ik zie tegelijk wel dat veel inwoners zich rot geschrokken zijn. En daar gaat het schuren. De mensen aan tafel denken erg top-down. Energiemensen benaderen de transitie vaak vooral als technisch-economische operatie. Alsof de netbeheerder het allemaal moet uitrekenen en dat je dan de beste oplossing gaat uitrollen. Maar een warmtetransitie is niet iets wat je even uitrolt. Die bevoegdheid is er ook niet, voor niemand. Het zijn de woningeigenaren die baas zijn over de manier van verwarmen. Bovendien kan het om flinke investeringen gaan, van soms tienduizenden euro’s per huis.’
En dan heb je nog de afstand tussen huiseigenaar en corporatie. Corporaties benaderen de transitie toch vooral als managementvraagstuk. ‘Ze gaan geen dingen doen die hun structureel geld kosten. Zij willen dat de verhuurdersheffing eraf gaat, de dure belasting die ze moeten betalen aan het rijk, en ze willen niet nog meer kosten zonder inkomsten. Dat is een reden dat ze aan tafel zitten. Maar de oplossingen die ze kiezen hebben wél effect op de particuliere huiseigenaren. Als een corporatie besluit om in een wijk all-electric te gaan, zonder stadsverwarming, dan wordt stadsverwarming voor de huizen eromheen meteen onrendabel. Of vice versa.’ De corporaties zitten wél aan de Regietafel. De particuliere huiseigenaren niet.
In de Vechtzoom is intussen het buurtfeest aangebroken. De locatie is – niet toevallig – de stoep voor een voorbeeldwoning van de gemeente waar je isolatiepakketten, zonnepanelen en warmtepompen kunt bekijken. De werkgroep heeft zich ontpopt tot een heuse alternatieve regietafel die de resultaten van het bewonersonderzoek heeft verwerkt in een ambitieus buurtmanifest. Een manifest dat pleit voor een duurzaam warmteplan – net als de gemeente wil – maar dan wel volgens principes en uitgangspunten die door bewoners worden gedeeld. Zoals: het moet ook haalbaar zijn als sommige mensen niet meedoen. Het mag niemand beletten om te verhuizen – dat zegt dus iets over de wijze van financieren. En: het moet écht een grote stap zijn op weg naar klimaatneutraal wonen.
Nadat een wethouder het manifest in ontvangst heeft genomen, en alle bewoners die hier vijftig jaar geleden al woonden in het zonnetje zijn gezet, is het tijd voor de maaltijd. Er staat een grote kraam met lekkernijen, door buren gemaakt. Met een bord hapjes in de hand legt Gerbert Hengelaar uit waarom het buurtmanifest zo interessant is.
‘De Regietafel zegt: we moeten snel een pakket kiezen zodat de prijzen kunnen dalen. Maar dan wordt een bepaalde technische keuze leidend. Wij willen het precies andersom. Wij willen de randvoorwaarden neerleggen en dan mag de markt laten zien wat voor oplossingen ze daarvoor kunnen bieden.’ Hengelaar heeft veel ervaring doordat hij twee jaar geleden het warmtetransitieplan voor de gemeente Den Haag schreef. ‘Daar was negentig procent van alle betrokken ambtenaren techneut. We hebben drie technische studies laten doen, maar die concludeerden allemaal iets anders. De energietransitie is niet puur een technisch verhaal. Het is allereerst een sociaal proces.’
Het manifest heeft als titel Nieuwe energie. ‘Dat gaat niet alleen over de warmteoplossing. Veel mensen merken door dit proces eigenlijk pas dat ze samen een buurt vormen. Als je het niet alleen presenteert als technisch probleem maar ook als sociaal proces, kan het mensen bij elkaar brengen.’
De volgende zet is aan de bewoners. ‘We hopen dat dit een benadering is waarin zij zich kunnen vinden. We gaan het daarom dit najaar in stemming brengen. Pas na goedkeuring gaan we door naar de volgende fase: het verkennen van de mogelijke collectieve en individuele oplossingen. Volledig elektrisch, pellets, natuurlijk gas, waterstofoplossingen, een warmtenet, of misschien wel een lokale warmteopwekking.’ Werkgroeplid Tourné is heel duidelijk in de volgorde. ‘Als daar iets uitkomt, gaan we daar verder aan werken. In die volgorde.’ Dus aardgasvrij? ‘Kan. Als het aan onze voorwaarden voldoet.’
Een van de voorwaarden in het buurtmanifest is ‘woonlastenneutraal’. Wethouder Van Hooijdonk deelt dit principe. Het is zelfs vastgelegd in het Klimaatakkoord. Maar met gelijkblijvende woonlasten van het gas af – op dit moment is dat voor de meeste huizen gewoon nog niet mogelijk.
Van Hooijdonk rekent echter op kostendalingen, en is daarom al bezig met de volgende stap. Samen met haar collega’s in de coalitie van GroenLinks, d66 en ChristenUnie denkt ze na over de wijken die Overvecht-Noord gezelschap mogen gaan houden. ‘We hebben 120.000 huizen met gas in de stad’, zegt Van Hooijdonk. ‘Elk decennium willen we een derde aanpakken. Volgend jaar gaan we kiezen welke andere wijken hierna als eerste aan de beurt zijn.’ Ze is optimistisch over het draagvlak. ‘Sommige bewoners vragen ons nu al of het hun wijk mag zijn.’
Andere mensen houden echter hun adem in. Er komen in 2020 ook rijkere wijken bij, met meer huiseigenaren en mondige burgers. ‘Ik voorspel dat dan de hel losbarst’, zegt een betrokkene. ‘Ik denk dat er een herbezinning gaat komen’, zegt Ad Tourné, uit de Vechtzoom. ‘Dan gaat het jaartal eraf en komt het inzicht dat je het debat over aardgasvrij veel breder moet insteken, veel meer bottom-up. En dan gaat de discussie verstandig worden.’
Dit artikel is onderdeel van de reeks ‘Een Green New Deal voor Nederland’. Hier doet De Groene verslag van de inspanningen om ons land klimaatvriendelijker te maken.
Gerelateerde artikelen
- Circulaire zonnepanelen uit Nederland (De Groene Amsterdammer)
- Tegeltuinen, Jacques Ellul en de invloed van techniek (podcasts)
- Vrije ruimte uithakken (Karavaan der Zotten)
- Hete hangijzers in het voedselsysteem (1) - knutselen aan planten (Foodlog, De Groene Amsterdammer)
- Hoe Hollandse zaadbedrijven de wereld veroverden (De Groene Amsterdammer)
Gebruikte Tags: duurzaam, economie, overvecht, techniek